De ziekte van Lyme, ook wel borreliose genoemd, wordt veroorzaakt door de bacterie Borrelia en zijn diverse ondersoorten. Borrelia wordt doorgegeven door teken, een bekende vector voor pathogenen en parasieten van mensen. De teek houdt zich bij voorkeur op in lage delen van vochtige bossen. Daar bespringt hij onvermoed mens en dier om aan zijn bloedmaal te komen en geeft zo Borrelia door aan een nieuwe gastheer.
Het blijkt dat teken al 20 miljoen jaar geleden Borrelia bevatten. Ook bij een mens die 500 jaar geleden leefde, werd al een Borrelia-cyste gevonden. Borrelia werd ingekapseld en daar heeft deze mens vermoedelijk verder geen last van gehad. De eerste bekende epidemiologische uitbraak, was veertig jaar geleden in het stadje Lyme in de VS. Kinderen kregen ineens artritis en men onderzocht dit. Er bleek een bacterie in de knie te zitten, maar ze konden het niet identificeren. In 1982 werd het geïdentificeerd door Burgdorfer.
Tegenwoordig neemt de ziekte van Lyme ieder jaar met 350.000 gevallen toe, 85.000 per jaar in Nederland. De verwachting is dat dit nog sterk gaat toenemen. Daarmee is het één van de meest belangrijke epidemieën in de geschiedenis van de mensheid, aldus Leo Pruimboom. Ook het aantal gevonden soorten van Borrelia neemt dramatisch toe. Tien jaar geleden waren er nog maar drie geïdentificeerd, nu 16 verschillende soorten. In Japan zijn dit niet dezelfde als in Europa, of in Midden-Amerika. De oervorm is Borrelia burgdorferi, al de andere soorten zijn in enkele tientallen jaren gemuteerd. Dit is de snelste mutatiecapaciteit van alle bekende soorten.
Borrelia blijkt bijzonder. Het is een spirocheet, een bacterie met een unieke kurkentrekkervorm. Daarmee haakt hij zich als een boor in de weefsels vast en verdwijnt daarin. Bovendien is het de snelste bacterie ter wereld; sneller nog in de weefsels dan in het bloed. Daardoor komt hij in diagnostische middelen ook niet snel tot uiting, hoewel in het lichaam wel degelijk schade ontstaat.
Maar daar is wel iets bijzonder aan de hand: de schade die zogenaamd door Borrelia wordt veroorzaakt, heeft eigenlijk niets met Borrelia te maken. Aldus Leo Pruimboom: “Hij is niet bedoeld om te infiltreren in Homo sapiens. Hij is niet toxisch en niet immunogeen. De mens is niet zijn natuurlijke habitat. Hij hoort wel thuis in herten en reeën, waar het de functie van symbiont vervult”. Maar hoe ontstaat die schade dan?
Borrelia is anders qua vorm dan bacteriën zoals malaria en E. coli. Dit zijn gramnegatieve bacteriën die zichtbaar zijn voor het immuunsysteem door LPS, lipopolysachariden die uit het buitenmembraan van de bacterie steken. Grampositieve bacteriën zijn weer herkenbaar aan hun uitwendige flagellen. Geen van deze herkenningspunten komen voor bij spirocheten, waar de flagellen inwendig zitten. Bovendien produceert Borrelia geen toxinen waarmee ze het immuunsysteem activeren.
Borrelia heeft geen enkel gen om zijn eigen nucleotiden, aminozuren, vetzuren of cofactoren voor enzymen te produceren. Het gebruikt ons systeem om zichzelf voort te planten. Het heeft niet de mogelijkheid om weefselbarrières af te breken. Het activeert de proteases – barrière-afbrekende enzymen van de mens – om barrières of te breken. Daarop reageert het immuunsysteem met een ontstekingsreactie. Zo brengt het menselijk lichaam “zichzelf” schade toe.
Borrelia heeft nog een unieke strategie om aan het immuunsysteem te ontkomen: door tijdens het drillen in de weefsels aards cholesterol los te laten. Aards cholesterol is de biochemische vorm van cholesterol afkomstig van landleven; cholesterol uit het mariene milieu heeft een iets andere vorm. Het immuunsysteem richt zich op dit aardse cholesterol terwijl Borrelia rustig verder de weefsels infiltreert.
De spirocheet is ook sneller dan de snelste neutrofiel. Hij is het immuunsysteem dus altijd een stap voor. Zes procent van zijn genen zijn bedoeld voor voortbeweging. Hij kan ook stationair ‘bewegen’, maar stationair zijn ze kwetsbaar. Vooral in de eerste twee weken na besmetting is hij kwetsbaar, omdat hij nog niet alle belangrijke stoffen en transporters gemaakt heeft.
Vancomycine maakt Borrelia stationair. Maar dit mag niet, om resistentie van MRSA tegen te houden. Wat kunnen we dan doen? Acuut geven van een antibioticum is op korte termijn wel het beste advies. Daarnaast staan ons volgens Leo nog diverse andere strategieën ter beschikking om Lyme aan te pakken.
Eén van deze strategieën is rust en ontspanning opzoeken. “Rust haalt de snelheid uit de spirocheet. Men moet dus niet alleen chemisch, maar ook mechanisch denken.”
Andere manieren om Borrelia aan te pakken, zijn:
Een laatste tip van Leo om de opname van mangaan te remmen: acht keer per dag, twee minuten lang in een plastic zakje ademen. Dit noemt hij intermittent hypercapnia en verhoogt het CO2-gehalte waardoor de metaaltransporter van Borrelia niet kan functioneren. Maar: het eigen immuunsysteem heeft wel mangaan nodig om goed te kunnen werken. Hoe gaat men daarmee om?
Gelijktijdig mangaan suppleren, aldus Leo. Op deze manier schijnt Borrelia geen, en het immuunsysteem tóch genoeg mangaan te krijgen. Naar dit boeiende fenomeen doet Leo Pruimboom op dit moment onderzoek.
Download hier de Lyme vragenlijst van Natura Foundation.
Lyme seminar, april 2018, Houten