29.08.2022

Kokosolie, gezond of niet?

Inhoud

  1. Wat is waar?
  2. De functies van verzadigde vetten
  3. De vele functies van cholesterol
  4. Wat doen HDL en LDL?
  5. Wanneer is een verhoogd LDL een probleem?
  6. Invloed van voeding
  7. Kennis in de Praktijk

Volgens professor Karen Michels, adjunct professor epidemiologie aan de Harvard T.H. Chan School of Public Health, bevat kokosolie veel te veel verzadigd vet. En dat zorgt voor een verhoogd cholesterolgehalte in het bloed, met atherosclerose tot gevolg. Om die reden noemt zij kokosolie ‘puur vergif’ dat wij beter kunnen mijden.



Wat is waar?

Kokosolie, of kokosvet, bevat inderdaad veel verzadigd vet: ruim 85%. Vooral sinds 1985 wordt de consumptie van verzadigd vet, cholesterol en van 'voedingsvet' in het algemeen geassocieerd met hart- en vaatziekten (Keys et al., 1953-2020). Tot op heden is dit nog altijd de overheersende visie. Zo geeft het Voedingscentrum op haar site aan dat verzadigd vet het ‘slechte’ LDL-cholesterol in het bloed verhoogt, en dat dit niet goed is voor de bloedvaten. Zij raden dan ook aan om verzadigd vet, waaronder kokosvet, zoveel mogelijk te vervangen door meervoudig onverzadigde vetzuren (Voedingscentrum, 2020).

Het is echter de vraag of verzadigd vet en verhoogde cholesterolwaardes tot hart- en vaatziekten leiden. Uit een grootschalige review blijkt bijvoorbeeld dat verhoogde LDL-cholesterolwaarden de levensduur van ouderen niet verkorten. Integendeel: verhoogd LDL gaat vaak juist samen met een langere levensduur (Ravnskov et al., 2016). Wat is onze visie op deze kwestie?

De functies van verzadigde vetten

Verzadigd vetten kunnen verdeeld worden in korte-, middellangeketen- en langeketenvetzuren. Korteketenvetzuren (boterzuur en melkzuur) vormen een voedingsbodem voor de epitheelcellen van de darm. Langeketenvetzuren (palmitinezuur) zitten onder meer in vlees, zuivel en cacao, en stimuleren de LDL-aanmaak in de lever. 

Middellange ketenvetzuren (MCT’s, medium chain tryglycerides) vinden we onder andere in avocado (caprylzuur) en kokos. Kokos bestaat voor ruim de helft van de verzadigde vetten uit het MCT laurinezuur. MCT’s zijn een energiebron voor de bèta-oxidatie in de mitochondriën. Deze vetverbranding levert niet alleen energie, maar ook het stofje acetyl-CoA op. Hiervan kan de lever vervolgens ketonen maken. Naast glucose zijn alleen deze ketonen geschikt als energiebron voor de hersenen (vetzuren kunnen de bloedhersenbarrière niet passeren, ketonen wel). Zo spelen MCT’s, en kokosvet in het bijzonder, een grote rol in het ketogeen dieet.

De vele functies van cholesterol

Zoals eerder vermeld heeft met name LDL-cholesterol een slechte naam. Cholesterol, een vetachtige stof, heeft echter vele uiterst nuttige functies in ons lichaam:

  • Het is de bouwstof van onze geslachtshormonen en cortisol;
  • Het is nodig voor de aanmaak en opbouw van celmembranen;
  • Vitamine D wordt vanuit cholesterol gemaakt;
  • Het wordt gebruikt voor de productie van galzure zouten (die belangrijk zijn voor de vertering van vetten in de dunne darm);
  • Heeft een functie bij aangeboren immuunsysteem: het is een reparatiestof bij schade, neutraliseert bacteriën, virussen en toxines en vermindert zo de endotoxemie in het bloed (Ravnskov, 2003).

Wat doen HDL en LDL?

HDL en LDL zijn lipoproteïnen die cholesterol en triglyceriden door het bloed transporteren. LDL bevat veel cholesterol en weinig eiwit en transporteert het cholesterol van de lever naar de weefsels. HDL brengt het cholesterol juist weer naar de lever terug. In de lever wordt het overgebleven cholesterol gebruikt voor de productie van galzure zouten. LDL en HDL hebben dus verschillende, maar beide belangrijke taken in de cholesterolhuishouding.

Er kan sprake zijn van verhoogde LDL-waardes omdat de cellen en weefsels extra cholesterol nodig hebben, bijvoorbeeld omdat er sprake is van een situatie met (veel) stress en/of endotoxemie in de bloedbaan. Een verhoogd LDL is dan een fysiologische reactie van ons lichaam, om meer cortisol te produceren of de endotoxemie aan te pakken. Wellicht ten overvloede: maar uiteraard is het bij overmatige stress of endotoxemie nuttig om naar de oorzaak te kijken.

Wanneer is een verhoogd LDL een probleem?

LDL bevat relatief veel vet en plakt hierdoor makkelijk aan de rand van bloedvaten. Indien bloedvaten glad zijn (te vergelijken met de binnenkant van een tuinslang) kan LDL in principe niet blijven plakken. Wanneer ontstaan er wel problemen, en dan met name atherosclerose?

In de eerste plaats is LDL gevoelig voor oxidatie. Dus het is belangrijk dat de voeding voldoende antioxidanten bevat, met name vitamine E, om deze oxidatie van LDL tegen te gaan. Verder kan er schade aan de vaatwand ontstaan door een verhoogde homocysteïne-waarde in het bloed. Dit kan gebeuren wanneer de voeding onvoldoende van het zwavelhoudende aminozuur methionine bevat en onvoldoende vitamine B6, B12 en foliumzuur. Aan deze rafelige bloedvaten kan LDL makkelijk blijven plakken en vervolgens oxideren. Dit leidt tot een ontstekingsreactie met de vorming van schuimcellen door monocyten. En zo ontstaat er atherosclerose.

Invloed van voeding

Het eten van voeding met onvoldoende zwavelhoudende aminozuren, B-vitamines en antioxidanten kan dus leiden tot problemen met de bloedvaten, maar dat heeft dus niets te maken met het eten van verzadigde vetten, zoals kokosolie en/of cholesterolrijke voedingsmiddelen, zoals eieren, orgaanvlees en garnalen. In principe houdt het lichaam namelijk zelf de hoeveelheid cholesterol in balans. Dus komt er meer via cholesterolrijke voeding binnen, dan zal de lever minder cholesterol synthetiseren, en andersom (Djoussé et al., 2009).

Het is wel zo dat een menu met een overmaat aan snelle koolhydraten de cholesterolhuishouding nadelig kan beïnvloeden. Kort samengevat zorgen een suikerrijk menu en insulineresistentie voor een overschot aan glucose in het bloed, en dat kan allereerst ook voor schade aan - ‘versuikering’ van - de bloedvaatwand leiden, met alle gevolgen van dien, zoals hierboven beschreven.

Verder zal het overschot aan glucose de lever stimuleren om het om te zetten in vet en meer cholesterol te produceren en dit te transporteren als LDL. Uit een systematische review blijkt dat het verminderen van het eten van koolhydraten de balans juist weer verbetert: dit verhoogt het HDL, terwijl het LDL-niveau hetzelfde blijft (Santos et al., 2012).

Kennis in de Praktijk

Om atherosclerose te voorkomen is het niet nodig om de consumptie van verzadigde vetten, en dus ook kokosolie, tot nul te reduceren. Er is geen bewijs dat een (gematigde) inname van verzadigde vetten tot een verhoogd cholesterol leidt en vervolgens tot hart- en vaatziekten (Muskiet et al., 2012). Een voeding met een overmaat aan (snelle) koolhydraten en een tekort aan bepaalde nutriënten (vitamine E, methionine, vitamine B6, B12 en foliumzuur) kan wel tot beschadigingen van de bloedvaten leiden. LDL kan dan blijven plakken aan de bloedvaatwand, oxideren en uiteindelijk tot atherosclerose leiden.

Bronnen

  1. Djoussé, L., Gaziano, J.M. (2009). Dietary cholesterol and coronary artery disease: a systematic review. Curr Atheroscler Rep: 11(6): 418-422 https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/19852882
  2. Keys, A. (1953). Atherosclerosis: a problem in newer public health. J Mt Sinai Hosp N Y: 20; 1:18-39. Meer informatie: https://www.sevencountriesstudy.com
  3. Muskiet, F.A.J., Muskiet, M.H.A., Kuipers, R.S. (2012) Het faillissement van de verzadigd vethypothese van cardiovasculaire ziektes. Ned Tijdschr Klin Chem Labgeneesk: 37: 192-211
  4. https://www.nvkc.nl/sites/default/files/NTKC/2012-3-p192-211.pdf
  5. Ravnskov, U. (2003). High cholesterol may protect against infections and atherosclerosis
  6. QJM: 96(12): 927–934, https://doi.org/10.1093/qjmed/hcg150
  7. Ravnskov, U., Diamond, D.M., Hama, R., Hamazaki, T., Hammarskjöld, B., Hynes, N., Kendrick, M., Langsjoen, P.H., Malhotra, A., Mascitelli, L., McCully, K.S., Ogushi, Y., Okuyama, H., Rosch, P.J., Schersten, T., Sultan, S., Sundberg, R. (2016). Lack of an association or an inverse association between low-density-lipoprotein cholesterol and mortality in the elderly: a systematic review. BMJ Open:, 2016;6:e010401
  8. Santos, F.L., Esteves, S.S., da Costa Pereira, A., Yancy, W.S., Nunes, J.P. (2012). Systematic review and meta-analysis of clinical trials of the effects of low carbohydrate diets on cardiovascular risk factors. Obes Rev: 13(11): 1048-1066   https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/22905670
  9. Voedingscentrum (2020). Zie: https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/verzadigd-vet.aspx en https://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/kokos-en-kokosvet.aspx